Ah, you very lucky to be guided by him. We call him: the unofficial Minister of Culture. De man lacht erg hard om zijn eigen grap en slaat onze onofficiële minister iets te hard, maar zeer goed bedoeld, op zijn schouder. Ik sta er naast te grinniken, deels omdat ik mijn ongemakkelijkheid nog aan het weglachen was van de hoofdbotsing die ik zojuist met de Catalaanse man had veroorzaakt, omdat ik met mijn Hollandse afstandelijkheid even was vergeten dat je elkaar AL-TIJD twee zoenen geeft, en deels omdat de man helemaal gelijk had: Ik was zeer lucky. Ik stond in het zoveelste fantastische gebouw van Barcelona aan iemand uit de kunstwereld voorgesteld te worden, door een man die ik zelf pas twee dagen eerder had ontmoet. We staan een tijdje te praten, en af en toe komen er bekenden langs. Deze man lijkt half Barcelona te kennen. We rollen van de ene ontmoeting in de andere, en van het ene idee naar het volgende. Voor ik het weet heb ik met het Institut Ramon Llull – een instituut dat zorg draagt voor het bewaren van de Catalaanse taal en cultuur – het wilde idee om mijn liedjes naar het Catalaans te vertalen en door een Catalaanse zangeres te laten zingen. Ik zal dan op mijn beurt haar liedjes naar het Nederlands vertalen. Hoe en wat precies komt niet ter sprake, en dat doet er duidelijk ook niet toe. Hier gaat het om het bedenken van ideeën, zonder ze gelijk af te kappen. Én vooral: mensen in verbinding brengen met elkaar. Zo ontstaan de beste ideeën. Zegt mijn nieuwe vriend de onofficiële minister van cultuur. Maar eerst eten. Want dat kunnen ze hier goed.
Leave A Reply